Als een EU-lid de Euro wil overnemen als een munt heeft het aan de criteria van Maastricht te voldoen.
1. Prijsstabiliteit
Gestage prijsstabiliteit garantie, niet toegestaan wordt om een inflatie te bereiken niet meer dan 1,5 procent boven het gemiddelde van de drie lidstaten die het meest constant prijsstabiliteit had het jaar daarvoor.
2. Financiële situatie van de overheid
Een financieel aanvaardbare situatie is alleen mogelijk voor een lange tijd, als de nieuwe netto schuld van een land niet boven de 3 procent komt van het bruto binnenlands product. Verder moet de staat van de openbare schulden niet boven de 60 procent van het bruto binnenlands product bereiken.
- Netto schuld: Schulden van een bedrijf of openbare huishouden na aftrek van de beschikbare financiën.
- Het bruto binnenlands product: Het bruto binnenlands product is de gehele waarde van de producten en diensten behaald in een jaar. Het moet aan de welvaart bijdragen en de productiviteit van een land beschrijven.
3. Wisselkoers
Wilt u deel uitmaken van de Europese Unie, moet uw land een stabiele wisselkoers hebben. Als uw land niet beschikt over een stabiele wisselkoers dan kan dat geen deel uitmaken van de Europese Unie, maar wat is nu precies een wisselkoers? Wisselkoersen drukken de waarde van de munt van een land uit ten opzichte van de valuta van een land. Bijvoorbeeld: Zwitserland wil tot de Europese Unie toe te treden, de Zwitserse frank (de valuta die ze gebruiken in Zwitserland) moet stabiel zijn ten opzichte van de Euro. De tarieven hebben een belangrijke rol in de economie, omdat ze invloed hebben op de balans van de handel tussen landen. Als een land de Euro wil over te nemen als munt, moeten ze lid te zijn voor ten minste twee jaar. In deze periode kunnen ze niet te veel waarde verliezen, indien ze wel te veel verliezen zijn ze niet toegestaan om de euro in te voeren.
4. Lange-termijn rente
Overheidsschuld tot het BBP ratio: degelijke overheidsfinanciën:
Voordat met de Euro als officiële munteenheid in landen kan beginnen, zijn er een of twee jaar nodig en wanneer het wordt getest of het kan worden ingevoerd zonder vermindering van de waarde van het geld (inflatie). Als 60% van de munt met succes geïntegreerd is kunnen zij de euro in te voeren. Als het niet acceptabel genoeg is, moeten ze hun niveau bevredigend verbeteren.
Op de kaart kunt u de landen zien van de EU, die de euro en welk jaar zij het hebben ingevoerd, in de Eurozone.
Source:
stated in source, Blank map of Europe cropped, colouríng von Werner Müller, CC BY-SA 2.5
Source:
